Erwtensoep met munt
Description
4
Ingredients
Kippenbouillon (L) | 2 |
Erwten, vers of diepvries (g) | 200 |
Munt (g) | 15 |
Prei (st) | 2 |
Knolselder (st) | 1 |
Spliterwten (g) | 350 |
Ui, gehalveerd (st) | 1 |
Ahornsiroop (el) | 1 |
Laurier (blaadje) | |
Peper, zout |
Instructions
Voorbereiding
- Snij de knolselder in stukjes. Ongeveer 1/4 snij je in brunoise. De brunoise van knolselder wordt later in ahornsiroop gekarameliseerd.
- Haal de blaadjes van de takjes munt. Hou enkele blaadjes achter voor garnering. Snij de rest fijn.
- Snij de prei in ringen. Snij 1 preiwit in hele fijne ringen. Hou deze apart.
Soep
- Breng in een soeppan 1,7 l kippenbouillon samen met de spliterwten en het laurierblaadje aan de kook. Zet het vuur lager en laat rustig pruttelen.
- Verhit een koekenpan met antibaklaag. Gebruik geen vetstof. Leg de ui op de gesneden kant in de pan en bak aan. De ui mag bruinen. Voeg de ui na 8 min. bakken toe aan de soep.
- Laat de soep 20 min. zachtjes koken.
- Voeg de knolselder, de prei, de munt en de doperwten toe.
- Laat nog 20 min. op een zacht vuurtje koken of tot de groenten gaar zijn.
- Haal de ui en het laurierblad uit de soep.
- Mix de soep. Haal de pan van het vuur.
Brunoise
- Verhit de olie in een koekenpan. Bak de brunoise van knolselder samen met de ahornsiroop op een middelhoog vuur goudbruin en gaar. Breng op smaak met peper en zout. Schep de brunoise uit de pan. Laat uitlekken.
- Voeg de brunoise toe aan de soep.
- Garneer de soep met de munt en serveer meteen.